De meeste Hagenaars hebben geen enkel probleem met homoseksualiteit. Dat blijkt uit de jaarrapportage van het Stadspanel over 2015.
Bijna alle panelleden hebben er geen moeite mee als hun kind les krijgt van een homoseksuele docent (95 procent). Negen op de tien panelleden zijn van mening dat homoseksuele mannen en lesbische vrouwen hun leven moeten kunnen leiden zoals zij dat willen (93 procent), het homohuwelijk niet afgeschaft moet worden (negentig procent) en dat het aanvaardbaar is als hun kind zou gaan samenwonen met een partner van hetzelfde geslacht (86 procent). Met de uitspraak “homoseksuele paren moeten dezelfde rechten hebben als heteroseksuele paren bij het adopteren van kinderen” is drie kwart van de panelleden het eens.
Toch vindt een op de vier panelleden het aanstootgevend als twee mannen in het openbaar zoenen. Dertien procent heeft er ook moeite mee als zij twee mannen hand in hand zien lopen. Van de panelleden vindt vier procent dat homoseksuele mannen “eigenlijk geen echte mannen zijn”.
Luister hieronder naar een interview met Maxim van Ooijen van COC Haaglanden