Veel horecazaken, bioscopen, zwembaden en delen van het OV zijn nog niet goed toegankelijk voor Hagenaars met een beperking. Dat blijkt uit een groot onderzoek van Stichting Voorall.
De belangenorganisatie onderzocht belangrijke voorzieningen in Den Haag, waaronder musea, theaters, sportaccommodaties en openbaar vervoer. Het onderzoek richtte zich op een aantal basisvoorzieningen die minimaal goed geregeld moeten zijn, zoals een drempelvrije entree en de aanwezigheid van een invalidentoilet. Voor zover bekend is dit het eerste grootschalige onderzoek naar de toegankelijkheid van stedelijke voorzieningen in Nederland.
Uit het onderzoek komt naar voren dat een aantal voorzieningen in Den Haag uitstekend toegankelijk zijn, zoals vrijwel alle Haagse musea en attracties. Maar het onderzoek laat ook zien dat de toegankelijkheid bij hotels, cafés, restaurants, bioscopen en zwembaden beter kan. Knelpunten liggen op terreinen als het ontbreken van een drempelvrije entree, geen automatische entreedeur en de afwezigheid van een invalidentoilet. Ook kan de toegankelijkheid van de HTM-bussen beter. Nog steeds zijn deze bussen niet toegankelijk voor mensen met een elektrische rolstoel.
Veel trams ronduit ontoegankelijk
Als ‘ronduit ontoegankelijk’ komen de hoge instaptrams van de HTM uit het onderzoek. Op zes van de tien Haagse tramlijnen rijden nog voertuigen die volledig ontoegankelijk zijn voor mensen in een rolstoel. Ook een groot aantal tramhaltes is niet volledig toegankelijk. De afstand tussen de halte en het voertuig is vaak te breed. Als deze groter is dan vijf centimeter kan iemand met een rolstoel niet zelfstandig gebruik maken van de tram.
Foto: Bas Bogers