GroenLinks-raadsleden uit de vier grote steden (G4) Den Haag, Amsterdam, Rotterdam en Utrecht bepleiten in een opiniestuk in het AD dat de kwijtschelding van het betalen van gemeentebelasting voor een grotere groep mensen zou moeten gelden. “De grens wat je aan vermogen mag hebben moet omhoog”, zegt het Haagse GroenLinks-raadslid Erlijn Wenink in het radioprogramma Rob’s Tussendoortje op Den Haag FM. De Rijksoverheid stelt online dat de gemeente bepaalt wanneer kwijtschelding mogelijk is. “Hiervoor kijkt de gemeente naar uw vermogen en inkomen en de uitgaven die u moet doen.”
“Er zijn op dit moment heel veel mensen die toch niet in aanmerking komen voor kwijtschelding omdat ze een beetje geld opzij hebben gezet”, zegt Erlijn op Den Haag FM: “Die grens moet omhoog. Het is nu 2.000 euro, dan zou je kunnen denken aan 6.000 voor een alleenstaande. Dan is er nog steeds een strenge grens, maar wel soepeler.” Het vermogen waarover wordt gesproken omvat niet alleen spaargeld.”Stel je hebt een eigen huis en dat is iets meer waard geworden. Als die overwaarde 2.000 is telt dat al mee. Het gaat om bezit.”
Het raadslid betoogt dus op Den Haag FM dat de kwijtscheldingsgrens nu rond de 2.000 euro ligt en dat vindt ze te laag. “Het Nibud zegt het; stel de wasmachine gaat kapot, er gebeurt iets, of de studie van je kinderen. Het is verstandig om iets opzij te zetten. En dan is het is waardeloos dat bij 2.000 euro dat dat meteen ingeleverd moet worden. Het is een hele rare prikkel eigenlijk.”
Oproep aan kabinet
De oproep van GroenLinks in de G4 is gericht aan het kabinet. Zij bepaalt waar de grens voor kwijtschelding ligt, die wordt vervolgens getoetst door de gemeente. “Dat is het rare. De gemeentelijke belastingen, de kwijtschelding wordt landelijk geregeld. Wij roepen het kabinet op om dat te veranderen. We moeten de druk opvoeren.”
Luister hier naar het gesprek met Erlijn Wenink op Den Haag FM.